Doelen voor de therapie of trainingen worden altijd door de therapeut met de cliënt en zijn of haar ouders samen opgesteld. Doelen voor dramatherapie en trainingen zijn onder andere:

* meer zelfvertrouwen en eigenheid ontwikkelen
* omgaan met pesten
* contact maken en onderhouden
* uiten en hanteren van emoties, waaronder woedebeheersing en/of agressieregulatie
* samen spelen
* weerbaarheid vergroten
* inzicht in eigen gedrag
* traumaverwerking
* omgaan met scheidingsproblematiek, loyaliteitsproblemen verminderen
* kaderen en structureren dagelijks leven
* spanning en ontspanning in balans brengen
* omgaan met kritiek
* agressief gedrag veranderen in positief gedrag
* psycho-educatie na een diagnose
* omgaan met een diagnose zoals ADHD of een Austisme Spectrum Stoornis
* positief denken

Een voorbeeld van een activiteit:

Een jongere komt binnen en vertelt dat zijn hele leven stom is en iedereen is kwaad op hem. De therapeut maakt een overzicht met hem door middel van materialen die symbool staan voor personen. De jongere vertelt tijdens het zoeken - waarom dit voorwerp symbool staat voor die persoon en - wat er goed en vervelend is aan die persoon. Hij geeft het voorwerp een plaats ten opzichte van zichzelf. Daarna mag de jongere veranderingen aan brengen hoe hij het zou willen zien. Daarbij kan hij vertellen wat hij kan doen om dat voor elkaar te krijgen. De jongere is zo weer actief, uit zijn negatieve gedachten en kan weer opbouwend verder. Vaak is het maar een klein gedeelte wat negatief is en zijn er voldoende positieve mensen en mogelijkheden om energie uit te halen.

Uitspraken van kinderen en jongeren tijdens therapie of training:

* ‘’Oh dus eigenlijk is het heel makkelijk om het anders te doen’’.
* ‘’Wow, iedereen zei altijd dat ik nooit iets zou halen en nu heb ik een certificaat dat ik kan laten zien’’.
* ‘’Dus deze therapie is helemaal voor mij alleen?’’
* ‘’Nu weet ik hoe ik vrienden kan maken.’’
* ''De kwaliteit van mijn leven is verbetert. Ik sta weer positief in het leven.''
* ''Ik ben niet meer zo vaak boos en kom daarom niet meer zo vaak in de problemen. Het is fijn om minder vaak straf te krijgen.''
* ''Op school heb ik verteld in de kring en iedereen vond het leuk. Nu ben ik niet meer zo bang.'' ''Ik kan alles en ik kan alles leren.''